IK MAG ME KIND NIET MEER ZIEN VAN DE MOEDER!

Heb je vragen? Klik dan hier, want hier kan je al je vragen kwijt. Kijk ook bij de anderen die een vraag geplaatst hebben, misschien kun je iemand helpen met een antwoord
Plaats reactie
kusnouu
Nieuwe schrijver
Nieuwe schrijver
Berichten: 2
Lid geworden op: 24 feb 2014, 10:26

IK MAG ME KIND NIET MEER ZIEN VAN DE MOEDER!

Bericht door kusnouu »

Hallo.,

Ik heb een vraag ik heb sinds kort de relatie verbroken met mijn vriendin.
Nu mag ik mij kind niet meer zien,ik heb het kind erkend en ook hebben we samen het gezag over haar.
Nu weet ik niet meer wat ik moet doen ze blokkeert elke contact ik sta op het punt een advocaat in te schakelen maar weet niet waar ik moet beginnen.
Nu is mijn vraag,wat kan ik het beste doen? Advocaat of blijven proberen een dialoog met haar aan te gaan.
Want ik ben bang dat ze gaat proberen me te onthouden van mijn kind en wil tog via de rechter proberen te eissen dat ik tog mijn kind mag zien maar hoelang duurt deze weg naar de rechter en wat komt er allemaal bij kijken?
Ook weet ik niet waar ik moet beginnen en wat het beste is en waar ik rekening mee moet houden.
Wie kan mij daar meer over vertellen en ook wat mijn rechten nu zijn,kan ik als ik wil de politie erbij halen omdat ik me kind niet kan zien ? We hebben tenslotte samen het gezag over haar?
Ik sta machteloos.

Alvast bedankt.
EDA
Ervaringsdeskundige
Ervaringsdeskundige
Berichten: 856
Lid geworden op: 03 feb 2007, 23:22
Locatie: The more problems you have, the more you can learn!

Re: IK MAG ME KIND NIET MEER ZIEN VAN DE MOEDER!

Bericht door EDA »

Was er een omgangsregeling ( al dan niet door de rechter vastgesteld, of samen overeengekomen?

Zo ja dan dit:

Stappenplan Aangifte onttrekking aan omgangs- of zorgregeling
Naar Aangifteformulier
peterprinsen.nl
Onttrekking van het kind door de ene ouder aan de zorg van of omgang met de andere ouder dient dus aangemerkt te worden als strafbare onttrekking aan het gezag of het opzicht van de andere ouder. Dat geldt voor de moeder, maar ook voor de vader. In beide gevallen moet het dan mogelijk zijn om daarvan aangifte te doen. Welke problemen ondervindt men daarbij, en hoe gaat men te werk. Laten we in gedachten nemen een vader die aangifte wil doen van onttrekking van het kind door de moeder in de situatie waarin een klassieke omgangsregeling van kracht is.
1. Uitgangspunt: een geldige omgangsregeling.
Een door de rechter vastgestelde omgangsregeling, die niet door een of andere omstandigheid als opgeschort moet worden aangemerkt, geldt als een geldige omgangsregeling.
Strikt genomen zou onttrekking aan een onderling overeengekomen omgangsregeling (zonder rechterlijke uitspraak dus) evengoed strafbare onttrekking kunnen opleveren. Immers, de Hoge Raad overwoog in februari 2005
“dat degene die (mede) het gezag over een minderjarig kind uitoefent, dit kind desondanks aan het gezag en/of het opzicht van een ander kan onttrekken bijvoorbeeld door zich niet te houden aan een bij rechterlijke beslissing vastgestelde (voorlopige) omgangsregeling.”
Door het woordje “bijvoorbeeld” wordt opengelaten dat hetzelfde strafrechtelijke gevolg is verbonden aan onttrekking aan een omgangsregeling die anders dan door een rechterlijke beslissing tot stand is gekomen, bijvoorbeeld door een (schriftelijke of bewijsbare mondelinge) afspraak of door een staande praktijk. Wat moet men doen in zo’n geval om meer zeker te zijn van ontvankelijkheid van de aangifte? Bij de rechtbank een verzoek indienen tot het treffen van een omgangsregeling? Dat is niet verstandig. In elk geval moet men dan niet vragen om het treffen van een omgangsregeling, maar om het uitvoerbaar maken van een bestaande regeling. De kans is dan echter groot dat zo’n procedure ontaardt in een jarenlange uitputtingsslag via de Raad voor de Kinderbescherming. Dan maar liever beginnen met een aangifte op basis van de onderlinge afspraken. Per slot van rekening: ook van een rechterlijke regeling kan men afwijken, en dan gelden de laatste afspraken.
2. “Civiele aangelegenheid”: Wat moet men vooral niet doen?
Wat men vooral niet moet doen is aan de rechter vragen wat men al heeft. Een procedure tot vaststellen van een omgangsregeling met dwangsom leidt maar weer tot een jaren durend proces om een omgangsregeling. Wil men in de tussentijd aangifte doen wegens onttrekking aan de bestaande regeling, dan kan de politie de aangifte niet opnemen omdat de zaak “onder de rechter is”. De politie spreekt dan van “een civiele aangelegenheid”, waarmee bedoeld wordt dat de politie het door de civiele rechter gevoerde procesbeleid niet wil doorkruisen. Zeer veel vaders zijn in het verleden met dit kluitje in het riet gestuurd.
Even fout is het om een kort geding aanhangig te maken. Anders dan de naam aangeeft duurt een kort geding over nakoming van de omgang vaak jaren. Al die tijd zal de politie de aangifte kunnen weigeren onder het motto “civiele aangelegenheid”. En bovendien: wat bereikt een vader met een kort geding? Hooguit een dwangsom, waarvan incasso een illusie is.
Even fout is het om een therapeut, de Raad voor de Kinderbescherming, een mediator, het AMK (Advies- en Meldpunt Kindermishandeling), Bureau Jeugdzorg enz. in te schakelen. Het zijn evenzoveel redenen voor de politie om te redeneren dat men met politieoptreden niet een civiel proces, al dan niet extrajudicieel, wil doorkruisen.
3. Constructie van het bewijs
Steevast hoort men dat onttrekking aan de omgang onbewijsbaar is. Dat bezwaar gaat echter niet op als de omgangsgerechtigde (meestal de vader) enkele regels in acht neemt.
In de omgangsregeling is op de een of andere manier vastgelegd wanneer en met welke frequentie de regeling moet worden uitgevoerd. Het is dan zaak om een vriendelijke brief (of beter: een email of fax) te versturen aan de in gebreke blijvende ouder.
Daarin spreekt de vader zijn teleurstelling uit over het mislukken van een bepaald weekeinde of het achterwege blijven van omgang over de afgelopen periode. Verder dient de brief een zo concreet mogelijk voorstel te bevatten voor de eerstvolgende keer, desnoods voorafgegaan door een eenmalig(!) gesprek hierover.
Wordt hieraan geen gevolg gegeven dan zou opnieuw een brief kunnen volgen met het dringende verzoek thans over te gaan tot naleving van de omgangsregeling, wederom met een zo concreet mogelijk voorstel en met als toelichting dat onttrekking van een minderjarige aan de omgang een strafbaar feit oplevert.
4. De aangifte
Is na bovenstaande procedure de onttrekking aan de omgang bewijsbaar gemaakt, dan kan men, nadat het aanvangstijdstip is gepasseerd, zich vervoegen bij het politiebureau om aangifte te doen. Het is dan zaak om aan de politie te tonen:
- uw legitimatie
- afschrift van de geldende omgangsregeling,
- correspondentie waaruit duidelijk wordt dat de moeder in concreto bekend was dat zij op dit tijdstip diende mee te werken aan de omgang.
5. Schriftelijke aangifte
Indien de politie weigert om een verklaring op te nemen, dan kan schriftelijk aangifte worden gedaan bij de Hoofdofficier van Justitie. Bijgaand is een aangifteformulier opgenomen dat ingevuld kan worden en dat gemakkelijk omgewerkt kan worden tot een correcte aangifte in een lopende tekst.
6. Sepot? Art.12 Sv
Wat te doen als de Officier van Justitie de zaak seponeert? In dat geval is het mogelijk om op de voet van artikel 12 Wetboek van Strafvordering een beklag wegens niet vervolging van een strafbaar feit in te dienen. Het Hof kan, bij gegrondbevinding van het beklag, de Officier van Justitie opdragen toch tot vervolging over te gaan.
EDA
Ervaringsdeskundige
Ervaringsdeskundige
Berichten: 856
Lid geworden op: 03 feb 2007, 23:22
Locatie: The more problems you have, the more you can learn!

Re: IK MAG ME KIND NIET MEER ZIEN VAN DE MOEDER!

Bericht door EDA »

Aangifte Onttrekking
Aan de Politie ---
te

Onderwerp: Aangifte van een strafbaar feit, art. 279 Sr.
Ondergetekende,
Naam + voornamen :
Geboortedatum + -plaats :
Woonadres :
PC + woonplaats :
Hierna ook : ‘ik, aangever’ of ‘de vader’ / ‘de moeder’
doet hierbij aangifte tegen:
Naam + voornamen :
Geboortedatum + -plaats :
Woonadres :
PC + woonplaats :
hierna ook : ‘de andere ouder’
terzake van onttrekking van zijn/haar kinderen:
1. Naam + voornamen :
Geboortedatum + -plaats :
2. Naam + voornamen :
Geboortedatum + -plaats :
aan het wettig door aangever uitgeoefende gezag of opzicht.
TOELICHTING:
Ik, aangever en de andere ouder
[ ] zijn met elkaar gehuwd op --------- in de gemeente -----------
[ ] hebben met elkaar samengewoond van ---------- tot ----------
[ ] zijn de ouders van voormelde minderjarigen.
Ik, aangever, en de andere ouder zijn van echt gescheiden bij beschikking van de Rechtbank te --------- d.d. ------------- .
Ik, aangever, en de andere ouder oefenen gezamenlijk het wettig ouderlijk gezag uit over de kinderen.
Laatstelijk bij beschikking / vonnis van de Rechtbank te ----------- d.d. ----------- (hierna: ‘de beslissing) is bepaald dat de minderjarigen bij mij zullen verblijven:
[ ] elke week van ------------------ tot --------------,
[ ] de helft van de schoolvakanties.
Ingevolge die beslissing zou(den) de kinderen bij mij zijn het weekeinde, aanvangende op ---dag om ---- uur (hierna: ‘aanvangstijdstip’). De kinderen zouden:
[ ] bij mij gebracht worden door de andere ouder
[ ] opgehaald worden door mijzelf resp. door -----:
[ ] bij de andere ouder thuis
[ ] bij school
[ ] elders, te weten:------------- .
Ik heb aan de andere ouder uitdrukkelijk meegedeeld per
[ ] aangetekende brief d.d. ----
[ ] fax d.d. ---
[ ] e-mail d.d. ----
dat ik stond op
- naleving van voormelde beslissing op de voormelde tijd,
- deugdelijke positieve voorbereiding en motivering van de kinderen.
Ik heb van de andere ouder
[ ] geen bericht van verhindering ontvangen
[ ] mondeling/telefonisch/schriftelijk per brief/e-mail moeten vernemen dat de andere ouder de kinderen niet wenste mee te geven.
[ ] geen geldige reden van verhindering mogen vernemen.
[ ] geen voorstel mogen vernemen voor uitvoering van de omgang op een geschikt vervangend tijdstip.
Op het aanvangstijdstip
[ ] zijn de kinderen niet bij mij gebracht.
[ ] heb ik mij vervoegd op het adres ---------- om daar de kinderen op te halen.
[ ] heb ik niemand aangetroffen ten huize van de andere ouder.
[ ] werden de kinderen niet meegegeven.
[ ] bleken de kinderen door de andere ouder niet positief te zijn voorbereid en gemotiveerd, waardoor vanwege de spanningen bij de kinderen de omgang niet kon worden uitgevoerd.
Ik refereer aan de navolgende jurisprudentie:
- HR 08-02-2005, LJN: AR8024
- HR 15-02-2005, LJN: AR8250
- Nationale Ombudsman 20070034
en verzoek u terzake van bovenvermelde feiten een onderzoek in te stellen en tot vervolging over te gaan.
Getekend te ------------
Op ------------
Handtekening:
Bijlagen:
1. Kopie paspoort aangever,
2. Beschikking Rechtbank --- d.d. ----------- , waarbij de vigerende beslissing is neergelegd,
3. Verklaring van getuige -----
4. Overige bewijsmiddelen
5. Kopieën van de vermelde jurisprudentie
Plaats reactie